Eind oktober vertrok een team van Musea Bekennen Kleur en We Connect naar Curaçao om filmmateriaal en clips op te nemen die onderdeel uitmaken van het lespakket Musea Bekennen Kleur. Joëlle Hoogendoorn, educatie medewerker bij het Dordrechts Museum, ging ook mee en schreef een blog over haar ervaringen tijdens de werktrip op het eiland.
‘’Ik moet zeggen dat Otrabanda niet de allerbeste wijk is op Curaçao, maar het is sinds de laatste paar jaar wel oké hoor.’’ Dit zijn de woorden van de autoverhuurder. Fijn, denk ik. Niet echt het allereerste wat ik wil horen over een buurt aan de andere kant van de wereld waar ik ruim twee weken zal verblijven. ”O ja, probeer zoveel mogelijk de gaten in de weg te ontwijken alsjeblieft. En rijd niet meteen door als het groen licht is, altijd eerst goed kijken. Veel plezier op het eiland!” roept de verhuurder me ook nog na. Het is ondertussen pikkedonker geworden. Ik stap in mijn huurauto en doe een poging om in één keer naar plaats van bestemming te rijden. Ik moet mijn best doen om achter het stuur wakker te blijven en niet overprikkeld te raken door de grote aantallen mensen die ik voorbij zie komen. Ik sta in de file tussen auto’s die naarstig opzoek zijn naar een plek om bij de club of het plaatselijk café te parkeren. Ondanks corona is zaterdagavond hier nog gewoon een uitgaansavond. Na meerdere keren mijn afslag voorbij gereden te hebben (uitvoegstroken zijn hier niet echt een ding) en een stuk of vijf rondjes om het hotel te hebben gereden, betreed ik eindelijk de ingang van het hotel. Ik kom bezweet en bepakt aan. Een stel Duitse toeristen blasten Enter Sandman van Metallica door de speakers. Ik duik meteen en zonder avondeten het bed in. Hoopvol zeg ik tegen mezelf dat vanaf morgen alles vast beter zal zijn hier op het eiland.
En als ik de volgende ochtend opsta en de zon zie stralen weet ik meteen dat het beter wordt. Ik verblijf in de hoofdstad Willemstad, in de wijk Otrabanda wat letterlijk vertaald ‘de overkant’ betekent. Een levendige volkswijk met een ontzettend inspirerend verhaal en een lange geschiedenis van verval, drugs en criminaliteit die decennia lang de wijk teisterde. (En waar ik op zich ook al een uitgebreid achtergrondartikel over zou kunnen schrijven.) Maar het Otrabanda wat ik ervaar heeft de prachtigste muurbeschilderingen, lekkere eettentjes en trotse bewoners die zich met hart en ziel inzetten om de wijk uit de as te laten verrijzen.
Vanaf het hotel heb ik goed zicht op de Koningin Julianabrug aan de linkerkant, waar auto’s overheen rijden en waar cruiseschepen onder door varen. Aan de rechterkant zie ik de Koningin Emmabrug; een drijvende loopbrug die lijkt te rusten op bootjes en het ene gedeelte van de baai ‘het Schottegat’ met het andere verbind. Als je er over heen wandelt voel je de brug onder je voeten dansen op het water. En als er een schip aankomt draait de brug 90 graden als een ruitenwisser naar de kant, zodat de boot er langs kan, om daarna weer terug op zijn plaats te draaien. Bij druk verkeer wordt een blauwe vlag gehesen en kan de brug 45 minuten niet gebruikt worden. Er vaart dan in de tussentijd een ferry. Als je een oranje vlag ziet betekent het dat het zo’n 10 minuten duurt voordat je weer naar de overkant kunt lopen.
Maar wat is de reden van mijn verblijf in Curaçao? Ik ben hier voor het nieuwe lespakket van Musea Bekennen Kleur. We filmen de komende dagen meerdere clips van vijf leerlingen. Allemaal zijn ze rond de 12 jaar oud; Shekinah, Yoel, Lizanne, Insjenerly en Sjedelienne. Ze zijn uitgekozen en voorbereid door de Curaçaose historicus Jeanne Henriquez. De kinderen en ik ontmoeten elkaar voor het eerst voor de deur van het slavernijmuseum Kura Hulanda. We hebben ons nog maar amper voorgesteld en we krijgen meteen een vraag van één van de leerlingen: ‘’Er wordt regelmatig tegen me gezegd dat Antillianen stelen en lui zijn. Denken jullie dat we hiermee daadwerkelijk de kijk op Antillianen van mensen in Nederland kunnen veranderen?” Het team en ik kijken elkaar perplex aan. We vertellen dat wij uiteraard niet kunnen bepalen hoe andere mensen denken en oordelen, maar dat we met dit lespakket ons uiterste best zullen doen om kinderen in Nederland juist te informeren en ze de verhalen van de kinderen van hier zullen laten horen. Zodat er verschillende perspectieven betrokken worden en aanbod komen in het lespakket waar ze straks mee aan de slag zullen gaan.
De vraag van deze leerling is het startschot van een indrukwekkende week vol verrassingen, persoonlijke momenten en bezoeken. “Willen jullie naar mijn bandoefening komen kijken vanavond?”, vraagt Shekinah, één van de leerlingen die meewerkt aan de clips. “Natuurlijk!”, roepen we enthousiast. We krijgen een adres en komen aan bij een huis midden in een woonwijk. Het harnas met de grote trom wordt opgezet, Shekinah pakt haar microfoon en de band begint met muziek spelen. De rest van de week ervaar ik de kinderen in hun schoolsetting maar ook tijdens hun waterpolo trainingen. Ik word meegenomen naar lievelingsplekken, ik ontmoet oma’s, neefjes, huisdieren. Ouders nodigen ons thuis uit, elke keer weer wordt er speciaal iets lekkers klaargemaakt. Ik eet ayaka’s, bananensoep, arepa’s en een heerlijk pannenkoekje met pompoen en rozijnen waar ik de naam niet meer van weet. Ik kan me niet zo snel een andere bestemming voor de geest halen waar ik zo gastvrij ben ontvangen. Ik voel me vereerd. Het is zo enorm waardevol om door lokale Curaçaoënaars op hun eiland mee op sleeptocht te worden genomen. Of het nou in de supermarkt is of bij de ouders van de kinderen thuis, letterlijk overal wachtte me een warm welkom. Curaçao voelt aan als een warm, knus dorp. Ook bij elke instelling of museum waar ik langskom krijg ik een visitekaartje in mijn hand gedrukt. ”Stuur maar een appje naar de directeur, vind ze leuk.”
Op de dag van mijn vertrek pak ik nog snel een paar uurtjes strand mee, daar heb ik alle dagen vrijwel geen tijd voor gehad. Maar, wat ik daarvoor terug heb gekregen is mij veel meer waard. ”Curaçao heeft een speciaal plekje in mijn hart gekregen”, zeg ik tijdens mijn afscheidsspeech op het eiland. ”Dat komt door hoe jullie mijn verblijf hier hebben gemaakt”. Curaçao zit vol verassingen en een toekomstig bezoek sluit ik dan ook zeker niet uit. Maar al die grote gaten in de autowegen weet ik ondertussen goed te ontwijken.
Tekst: Joëlle Hoogendoorn Fotocredit: We Connect